Bundel De NieuwepsalmberijmingBestel nu

BUNDEL DE NIEUWE PSALMBERIJMING

De Nieuwe Psalmberijming bevat een nieuwe, eigentijdse berijming van alle 150 psalmen op de Geneefse melodieën.

Prijs: € 22,99

(gratis verzending binnen Nederland)

Ga direct naar psalm

Zoek op tekst:

Zoek op gelegenheid:

Schrijf je in voor de nieuwsbrief:

 

Psalm 15

1. HEER, wie is welkom, voor wie staat
uw hoge woning altijd open?
Voor wie bedrog en leugen haat,
het goede doet, de zonde laat,
voor wie de rechte weg blijft lopen.

2. Hij zal geen lastertaal uitslaan.
Zijn vrienden zal hij niet verwensen;
hun goede naam tast hij niet aan.
Hij eert wie op uw wegen gaan;
hij gaat niet om met slechte mensen.

3. Hij houdt zijn woord al gaat het fout,
wil renteloos een lening geven,
verraadt wie goed is voor geen goud,
omdat hij van de waarheid houdt.
Zo’n mens staat rotsvast in het leven.

1. HEER, wie is welkom, voor wie staat
uw hoge woning altijd open?
Voor wie bedrog en leugen haat,
het goede doet, de zonde laat,
voor wie de rechte weg blijft lopen.

2. Hij zal geen lastertaal uitslaan.
Zijn vrienden zal hij niet verwensen;
hun goede naam tast hij niet aan.
Hij eert wie op uw wegen gaan;
hij gaat niet om met slechte mensen.

3. Hij houdt zijn woord al gaat het fout,
wil renteloos een lening geven,
verraadt wie goed is voor geen goud,
omdat hij van de waarheid houdt.
Zo’n mens staat rotsvast in het leven.

Open deze psalm in de app van DNP

Tekst: Jan Pieter Kuijper

© Small Stone Media t/a Dicht bij de Bijbel
Alle rechten voorbehouden

De nieuwe psalmberijming

1. HEER, wie is welkom, voor wie staat
uw hoge woning altijd open?
Voor wie bedrog en leugen haat,
het goede doet, de zonde laat,
voor wie de rechte weg blijft lopen.

2. Hij zal geen lastertaal uitslaan.
Zijn vrienden zal hij niet verwensen;
hun goede naam tast hij niet aan.
Hij eert wie op uw wegen gaan;
hij gaat niet om met slechte mensen.

3. Hij houdt zijn woord al gaat het fout,
wil renteloos een lening geven,
verraadt wie goed is voor geen goud,
omdat hij van de waarheid houdt.
Zo’n mens staat rotsvast in het leven.

1. HEER, wie is welkom, voor wie staat
uw hoge woning altijd open?
Voor wie bedrog en leugen haat,
het goede doet, de zonde laat,
voor wie de rechte weg blijft lopen.

2. Hij zal geen lastertaal uitslaan.
Zijn vrienden zal hij niet verwensen;
hun goede naam tast hij niet aan.
Hij eert wie op uw wegen gaan;
hij gaat niet om met slechte mensen.

3. Hij houdt zijn woord al gaat het fout,
wil renteloos een lening geven,
verraadt wie goed is voor geen goud,
omdat hij van de waarheid houdt.
Zo’n mens staat rotsvast in het leven.

Tekst: Jan Pieter Kuijper

© Small Stone Media t/a Dicht bij de Bijbel
Alle rechten voorbehouden

Gebruik in diensten

Wij willen u aanmoedigen de psalmen van De Nieuwe Psalmberijming binnen uw kerkelijke gemeenschap te zingen, uit te voeren, teksten af te drukken en/of liedteksten te projecteren.

Wij verwachten wel dat u een CCLi Licentie heeft afgesloten. Voor meer informatie CCLi Benelux. Gebruik voor deze psalm liednummer 7071254 bij uw rapportage aan CCLi.

Beamsheets

Download hieronder de beamsheets van deze psalm.

Beamsheets witte achtergrond (4:3)
Beamsheets zwarte achtergrond (4:3)


Beamsheets witte achtergrond (16:9)

Beamsheets zwarte achtergrond (16:9)

Bladmuziek Psalternatief

Psalternatief is een project voor psalm en band. De bladmuziek is uitgeschreven met tekst, melodie en akkoordsymbolen.
Download hier de bladmuziek

Melodie

Zetting Claude Goudimel, gespeeld door Dick Sanderman via Hauptwerk sampleset Zwolle

Alternatieve melodieën

Deze psalm kan ook gezongen worden op de melodie van: NLB 611 'Wij zullen leven, God zij dank'

1. Wie zal verkeren, grote God,
In Uwe tent ? Wien zult Gij kronen
Met zulk een onwaardeerbaar lot,
Dat hij, bij 't heuglijkst gunstgenot
Uw heilig Sion moog' bewonen?

2. Die in zijn wandel zich oprecht;
En wars betoont van valse streken;
Zijn aandacht aan Uw wetten hecht;
Zich op de deugd met ijver legt;
En waarheid met zijn hart blijft spreken.

3. Die met zijn tong niet achterklapt;
Geen kwaad doet aan zijn metgezellen;
Niet in het spoor van laster stapt;
Maar, zo men iemands eer vertrapt,
Dien smaad wil horen noch vertellen.

4. Wiens oog verworpenen veracht,
Maar hen eerbiedigt, die God vrezen.
Die zich voor roek'loos zweren wacht,
Doch 't geen hij zweert, getrouw betracht,
Al zou 't hem ook tot schade wezen.

5. Die nooit zijn geld op woeker geeft;
Die, d' onschuld en het recht genegen;
Het oog op geen geschenken heeft.
Wie dus oprecht en deugdzaam leeft,
Zal nimmer wank'len op zijn wegen.

1. Wie is 't, die zal wonen eenpaar
In Uw lieflijke tenten, Heere?
Wie zal toch verkeren hiernaar,
Door Uw goedheid, zonder gevaar,
Op Uwen heil'gen berg met ere?

2. Het zal wezen de mens eerbaar.
Die steeds wel doet in alle dingen,
En recht handelt in 't openbaar;
Wiens mond, dat oprecht is en waar,
Gestadiglijke zal voortbringen.

3. Die geen achterklap spreekt onvroed,
Tot zijnes naasten smaad en schande;
Die tegen hem ook niet misdoet,
Noch mishandelt; maar hem behoedt
Voor oneere menigerhande.

4. Die ook den godd'lozen veracht,
En daartoe eert tot allen stonden
Hem, die den Heer vreest met aandacht,
Die zijn belofte heeft volbracht,
Al waar 't ook zijn schade bevonden.

5. Die tot woeker niet geeft zijn geld,
En geen gaven ooit heeft geprezen,
Om 't recht des vromen met geweld
Te breken. Die zo is gesteld,
Zal voorwaar gelukzalig wezen.

1. Wie zult Gij noden in uw tent,
wie op uw heil'ge berg doen wonen?
Hem die o Heer, uw recht niet schendt,
in heel zijn wandel U erkent,
die zult Gij U een gastheer tonen.

2. Wie wordt er in uw huis geëerd?
Wiens hart niet overlegt ten kwade,
wiens tong geen goed in kwaad verkeert,
die van zijn naaste onheil weert
en hem nooit krenken zal of smaden.

3. Slechts zij die U verwerpen, Heer,
die zijn verwerp'lijk in zijn ogen;
maar wie U vrezen geeft hij eer,
hij breekt zijn eden nimmermeer,
hij woekert niet met zijn vermogen.

4. Wie mag te gast zijn in uw tent,
wie zult Gij drank en voedsel reiken?
Die onomkoopbaar 't recht erkent
van ieder die zich tot hem wendt.
nooit zal hij wank'len en bezwijken.

1. Heer, wie mag wonen in uw tent,
wie op uw heilge berg verkeren?
Die recht doet en uw wet niet schendt,
in heel zijn wandel U erkent
en waarheid in zijn hart wil eren.

2. Hij die zich wacht voor lasterpraat,
wiens tong vermijdt bedrog te plegen,
zijn vrienden niet bedreigt met kwaad,
zijn naaste niet belaadt met smaad,
maar hem in liefde is genegen.

3. Die een nietswaardig mens veracht,
maar eert hen die de Here vrezen,
voor 't breken van de eed zich wacht
en wat hij zweert ook trouw betracht,
al zou het tot zijn schade wezen.

4. Wie mag verkeren in uw tent?
Hij die geen woekerwinst wil vragen,
onschuldigen bescherming schenkt,
om een geschenk hun recht niet krenkt.
Hij zal niet wanklen al zijn dagen.

Bijbelteksten

Het uitgangspunt van De Nieuwe Psalmberijming is de Hebreeuwse grondtekst, niet een specifieke vertaling.

Ter referentie vindt u hieronder de links naar de tekst van de psalm in diverse Nederlandse vertalingen.