Bundel De NieuwepsalmberijmingBestel nu

BUNDEL DE NIEUWE PSALMBERIJMING

De Nieuwe Psalmberijming bevat een nieuwe, eigentijdse berijming van alle 150 psalmen op de Geneefse melodieën.

Prijs: € 22,99

(gratis verzending binnen Nederland)

Ga direct naar psalm

Zoek op tekst:

Zoek op gelegenheid:

Schrijf je in voor de nieuwsbrief:

 

Psalm 28

1. Mijn God, wat voel ik me verloren.
Mijn rots, ik roep, kunt U me horen?
Als U blijft zwijgen is mijn leven
aan graf en stilte prijsgegeven.
Uw tempel is mijn toevluchtsoord;
laat merken, HEER, dat U mij hoort.

2. Zet mij niet weg met slechte mensen
die mij schijnheilig vrede wensen.
‘Het ga je goed!’ is wat ze zeggen,
terwijl ze mij een valstrik leggen.
In kwaad en onrecht zijn ze sterk.
HEER, laat hen boeten voor hun werk.

3. Blind zijn ze voor Gods grote daden;
die zien ze niet, tot eigen schade.
HEER, straf hun onrecht en hun zonden,
richt hun bestaan voorgoed te gronde.
God heeft geluisterd naar mijn stem.
Juichend zing ik een lied voor Hem.

4. Mijn kracht, mijn schild, mijn hartsvertrouwen
is God, mijn rots om op te bouwen.
U leidt uw volk daadkrachtig verder;
hun burcht bent U, hun goede herder.
HEER, draag de schapen die U weidt.
Geef zegen tot in eeuwigheid.

1. Mijn God, wat voel ik me verloren.
Mijn rots, ik roep, kunt U me horen?
Als U blijft zwijgen is mijn leven
aan graf en stilte prijsgegeven.
Uw tempel is mijn toevluchtsoord;
laat merken, HEER, dat U mij hoort.

2. Zet mij niet weg met slechte mensen
die mij schijnheilig vrede wensen.
‘Het ga je goed!’ is wat ze zeggen,
terwijl ze mij een valstrik leggen.
In kwaad en onrecht zijn ze sterk.
HEER, laat hen boeten voor hun werk.

3. Blind zijn ze voor Gods grote daden;
die zien ze niet, tot eigen schade.
HEER, straf hun onrecht en hun zonden,
richt hun bestaan voorgoed te gronde.
God heeft geluisterd naar mijn stem.
Juichend zing ik een lied voor Hem.

4. Mijn kracht, mijn schild, mijn hartsvertrouwen
is God, mijn rots om op te bouwen.
U leidt uw volk daadkrachtig verder;
hun burcht bent U, hun goede herder.
HEER, draag de schapen die U weidt.
Geef zegen tot in eeuwigheid.

Open deze psalm in de app van DNP

Tekst: Bob Vuijk

© Small Stone Media t/a Dicht bij de Bijbel
Alle rechten voorbehouden

De nieuwe psalmberijming

1. Mijn God, wat voel ik me verloren.
Mijn rots, ik roep, kunt U me horen?
Als U blijft zwijgen is mijn leven
aan graf en stilte prijsgegeven.
Uw tempel is mijn toevluchtsoord;
laat merken, HEER, dat U mij hoort.

2. Zet mij niet weg met slechte mensen
die mij schijnheilig vrede wensen.
‘Het ga je goed!’ is wat ze zeggen,
terwijl ze mij een valstrik leggen.
In kwaad en onrecht zijn ze sterk.
HEER, laat hen boeten voor hun werk.

3. Blind zijn ze voor Gods grote daden;
die zien ze niet, tot eigen schade.
HEER, straf hun onrecht en hun zonden,
richt hun bestaan voorgoed te gronde.
God heeft geluisterd naar mijn stem.
Juichend zing ik een lied voor Hem.

4. Mijn kracht, mijn schild, mijn hartsvertrouwen
is God, mijn rots om op te bouwen.
U leidt uw volk daadkrachtig verder;
hun burcht bent U, hun goede herder.
HEER, draag de schapen die U weidt.
Geef zegen tot in eeuwigheid.

1. Mijn God, wat voel ik me verloren.
Mijn rots, ik roep, kunt U me horen?
Als U blijft zwijgen is mijn leven
aan graf en stilte prijsgegeven.
Uw tempel is mijn toevluchtsoord;
laat merken, HEER, dat U mij hoort.

2. Zet mij niet weg met slechte mensen
die mij schijnheilig vrede wensen.
‘Het ga je goed!’ is wat ze zeggen,
terwijl ze mij een valstrik leggen.
In kwaad en onrecht zijn ze sterk.
HEER, laat hen boeten voor hun werk.

3. Blind zijn ze voor Gods grote daden;
die zien ze niet, tot eigen schade.
HEER, straf hun onrecht en hun zonden,
richt hun bestaan voorgoed te gronde.
God heeft geluisterd naar mijn stem.
Juichend zing ik een lied voor Hem.

4. Mijn kracht, mijn schild, mijn hartsvertrouwen
is God, mijn rots om op te bouwen.
U leidt uw volk daadkrachtig verder;
hun burcht bent U, hun goede herder.
HEER, draag de schapen die U weidt.
Geef zegen tot in eeuwigheid.

Tekst: Bob Vuijk

© Small Stone Media t/a Dicht bij de Bijbel
Alle rechten voorbehouden

Gebruik in diensten

Wij willen u aanmoedigen de psalmen van De Nieuwe Psalmberijming binnen uw kerkelijke gemeenschap te zingen, uit te voeren, teksten af te drukken en/of liedteksten te projecteren.

Wij verwachten wel dat u een CCLi Licentie heeft afgesloten. Voor meer informatie CCLi Benelux. Gebruik voor deze psalm liednummer 7124289 bij uw rapportage aan CCLi.

Beamsheets

Download hieronder de beamsheets van deze psalm.

Beamsheets witte achtergrond (4:3)
Beamsheets zwarte achtergrond (4:3)


Beamsheets witte achtergrond (16:9)

Beamsheets zwarte achtergrond (16:9)

Melodie

Zetting Claude Goudimel, gespeeld door Dick Sanderman via Hauptwerk sampleset Zwolle

Alternatieve melodieën

Deze psalm heeft dezelfde melodie als Psalm 109

1. Ik roep tot U, o eeuwig Wezen!
Mijn rotssteen, nooit naar eis volprezen.
Wend niet, als doof, van mij Uw oren!
Zwijg niet; laat mij Uw antwoord horen.
Opdat ik niet gerekend word',
Met die in 't graf zijn neergestort.

2. Hoor naar mijn stem en kermend smeken,
Als ik mijn handen op zal steken,
Naar d' aanspraakplaats, uw heil'ge woning.
Trek mij niet weg, o Opperkoning,
Met hen, wier argelistigheid,
In schijn van vrede, kwaad bereidt.

3. Doe 't kwade, bij hen ondernomen,
Op hen, naar hun verdiensten, komen.
Geef hun, opdat z' Uw hoogheid merken,
Naar hun verkeerd' en boze werken.
Dat Uw gestrenge geselroe
Hun, naar het recht, vergelding doe.

4. Omdat zij nooit naar 't werk des HEEREN,
Oplettend hart of ogen keren;
Maar onbedacht en stout versmaden,
Het oogwit Zijner grote daden,
Zal Hij hen doen te gronde gaan.
Ontbloot van hulp om op te staan.

5. Geloofd zij God, wiens open oren,
Mijn smeekstem gunstig wilden horen.
Hij is mijn sterkt' en schild in 't strijden,
'k Vertrouwd' op Hem, Hij hielp m' uit lijden;
Dies springt mijn hart van juichensstof,
En zingt des Allerhoogsten lof.

6. God geeft Zijn gunstvolk moed en krachten,
Hij zal, in weerwil aller machten,
Zijn Rijksgezalfde staag behoeden,
Red, HEER', Uw Isrel uit al 't woeden.
Geef zegen aan Uw erv', en weid
Uw volk, verhef z' in eeuwigheid.

1. O Heer! Gij zijt mijn sterkte machtig,
Tot U is 't, dat ik bidde klachtig;
Zwijg niet stil, o mijn God geprezen!
Of anders zo moet ik nu wezen
Enen mense gans'lijk gelijk,
Die men begraaft in dat aardrijk.

2. Wil Heer! verhoren al mijn klagen,
Als ik schreie, zijnde verslagen,
In Uw heilig huis vol met ere.
Laat mij met hen niet ‚‚n zijn, Heere!
Die nergens in blijdschap ontvaan,
Dan in het kwaad, dat zij begaan.

3. Zij spreken van vreed' allerwegen,
Doch haar hart is tot kwaad genegen.
Wil hun naar haar verdienste geven,
En naar haar meningen daarneven;
Maak dat haar overkome snel,
Den loon harer boosdaden fel.

4. Omdat haar harten niet bemerken
Uwe heerlijke wonderwerken
En de kennisse gans niet achten
Uwer daden, Heer, vol van krachten;
Zij werden verworpen voortaan,
Zonder namaals meer op te staan.

5. Geloofd zij God, Die mijn gebeden
Verhoord heeft naar Zijn goedigheden.
God is mijn schild ende burcht krachtig,
Van Hem komt mijn hulpe waarachtig.
Dies moet mijn hart wezen verblijd,
En mijn mond Hem zingen altijd.

6. Hij geeft mijn volk kracht om te strijden,
Zijnen koning Hij t' allen tijden
Bewaart; dies laat 't volk Uwer erven
Uwen zegen, o Heer, verwerven;
Wil dat brengen ter heerlijkheid,
En voeden in der eeuwigheid.

1. Ik roep tot U, mijn rots, mijn Here!
Blijf U niet zwijgend van mij keren,
ik word een dode met de doden,
als Gij U doof houdt voor mijn noden.
Ik hef mijn hand naar waar Gij zijt,
verborgen in uw heiligheid.

2. Stoot mij niet van U met de bozen,
tref mij niet met de goddelozen,
die heim'lijk, met een mond vol vrede,
de plannen van hun boosheid smeden.
Doe hen naar hunner handen daad,
vergeld ze naar hun eigen kwaad!

3. Omdat zij op het werk des Heren
niet letten, noch zijn daden eren,
zal Hij bespotten, wat zij spreken,
en wat zij bouwen zal Hij breken,
dat het tot stof wordt in de wind
en niemand meer hun standplaats vindt.

4. Geloofd zij God, die naar mijn woorden,
mijn smeken en mijn klagen hoorde.
Hij is mijn schild en mijn betrouwen,
een bolwerk voor wie op Hem bouwen!
Nu juicht mijn hart, nu juicht mijn stem!
en met mijn loflied prijs ik Hem.

5. Hij is een kracht voor al de zijnen!
Hij zal hun tot een hulp verschijnen
en zijn gezalfde tot een zegen!
Verlos uw erfdeel allerwegen!
Uw eigendom, o Here, weid
en draag het tot in eeuwigheid!

1. Ik roep tot U, mijn rots, mijn Here!
Blijf U niet zwijgend van mij keren,
ik word een dode met de doden,
als Gij U doof houdt voor mijn noden.
Ik hef mijn hand naar waar Gij zijt,
verborgen in uw heiligheid.

2. Stoot mij niet van U met de bozen,
tref mij niet met de goddelozen,
die heim'lijk, met een mond vol vrede,
de plannen van hun boosheid smeden.
Doe hen naar hunner handen daad,
vergeld ze naar hun eigen kwaad!

3. Omdat zij op het werk des Heren
niet letten, noch zijn daden eren,
zal Hij bespotten, wat zij spreken,
en wat zij bouwen zal Hij breken,
dat het tot stof wordt in de wind
en niemand meer hun standplaats vindt.

4. Geloofd zij God, die naar mijn woorden,
mijn smeken en mijn klagen hoorde.
Hij is mijn schild en mijn betrouwen,
een bolwerk voor wie op Hem bouwen!
Nu juicht mijn hart, nu juicht mijn stem!
en met mijn loflied prijs ik Hem.

5. Hij is een kracht voor al de zijnen!
Hij zal hun tot een hulp verschijnen
en zijn gezalfde tot een zegen!
Verlos uw erfdeel allerwegen!
Uw eigendom, o Here, weid
en draag het tot in eeuwigheid!

Bijbelteksten

Het uitgangspunt van De Nieuwe Psalmberijming is de Hebreeuwse grondtekst, niet een specifieke vertaling.

Ter referentie vindt u hieronder de links naar de tekst van de psalm in diverse Nederlandse vertalingen.